Misleidende marketing bij graanprodukten

Brood, koekjes, crackers en beschuit; ze staan vol claims als ‘volkoren’, ‘bruin’, ‘meergranen’ en ‘rijk aan vezels’. Maar hoe weet je nu of een product écht gezond is of dat het om misleiding gaat? Foodwatch deed onderzoek hier naar.

Rijk aan / bron van vezels

Vezels zijn erg belangrijk voor je gezondheid. Vezels zorgen voor een goede stoelgang, maar zijn ook belangrijk omdat het eten van vezels het risico verlaagt op hartziekten, beroerte, darmkanker, borstkanker en diabetes type 2. Ze zitten veel in volkorenproducten, groenten, fruit en peulvruchten. Op de voedingswaardetabel – zie verpakkingen – staat meestal hoeveel vezels er in een product zitten. Je hebt er dagelijks zo’n 30 á 40 gram van nodig.

Voedingsfabrikanten weten dat veel mensen erop letten dat ze vezelrijke producten eten en doen van alles om jou te laten denken dat in hun product veel vezels zitten, terwijl dat niet zo is. Op veel producten zie je daarom de claim ‘rijk aan / bron van vezels’. Dat lijkt een gezond product, maar is dat niet altijd.

‘Rijk aan / bron van vezels’ is een wettelijk beschermde claim voor producten met een bepaald gehalte aan vezels. Bij 3 gram per 100 gram mag je een product een ‘bron van vezels’ noemen. Voor ‘rijk aan vezels’ ligt de grens 2x zo hoog. Maar deze norm is zo gesteld dat bijvoorbeeld een ontbijtkoek bomvol suiker, toch de claim ‘bron van vezels’ mag gebruiken. Daar zit meer dan 10x zoveel suiker in dan vezels. Gezonde ‘bron van vezels’? Absoluut niet!

TIP: Een claim als ‘rijk aan / bron van vezels’ betekent niet dat het een gezond product is. Integendeel: veel claims worden juist gebruikt om ongezond produkten een gezond imago te geven. Ga nooit blind af op de voedingsclaim.

Volkoren

De term volkoren betekent de volle korenkorrel, incl. de vezelrijke zemel en kiem van de graankorrel. In volkorenmeel zitten meer vezels, meer ijzer en b-vitamines dan in witte bloem,  dat is gemaakt van het binnenste van de graankorrel en weinig vezels bevat.

Veel ‘volkoren’ producten bevatten vaak amper volkoren. Zo bevat het ’volkoren’ knäckebröd van Jumbo maar 41% volkorenmeel en voor de rest vooral witte bloem. Volkoren is helaas alleen een beschermde claim voor brood. Volkoren brood moet volgens de wet echt uit 100% volkorenmeel bestaan. Bij andere producten, zoals beschuit, knäckebröd, koekjes of ontbijtkoek, mag de fabrikant je misleiden en een product met veel witte bloem, en dus weinig gezonde vezels, als ‘volkoren’ aanprijzen.

TIP: Kijk altijd op de ingrediëntenlijst. Daarop moet bij volkorenproducten staan hoeveel volkorenmeel het product bevat.

Bruin brood

Volkorenmeel is bruiner van kleur dan witte bloem. Daarom zijn veel volkorenbroden bruiner dan wit brood. Fabrikanten die broden bakken waarin vaak (deels) het ongezondere witte bloem zit, hebben daarom bedacht dat ze de broden ook kunnen kleuren om dezelfde gezonde suggestie te wekken. Dan wordt er een kleurstof (bijvoorbeeld mout) aan het brood toegevoegd. Dat ziet er een stuk gezonder uit, al is dat niet zo.

TIP 1:  Kijk in de voedingswaardetabel naar het vezelgehalte. Witbrood bevat ongeveer 2 gram vezels per 100 gram, een 100% volkorenbrood 6 á 7 gram vezels.
TIP 2: Check de ingrediëntenlijst: staat er volkorenmeel of bloem?

Meergranen

‘Meergranen’ is geen wettelijk beschermde term. Fabrikanten moeten in een ‘meergranen’ product uiteraard wel meerdere granen verwerken, maar hoeveel is niet geregeld. En omdat tarwe het goedkoopste graan is, zijn veel fabrikanten geneigd er amper andere granen in te doen. Zo betrapte foodwatch Albert Heijn erop dat hun meergranen pannenkoekmix – naast tarwe – minder dan een snufje zout aan andere granen (haver, gerst en rogge) bevatte. Daarnaast zegt de term ‘meergranen’ ook niks over het vezelgehalte. Veel meergranenproducten zijn gemaakt van witte bloem en niet van volkorengranen. Of het dus gezonder is, is de vraag. Al is variatie in wat je eet in het algemeen wel positief.

TIP: Wil je weten hoeveel andere granen erin zitten, lees dan de ingrediëntenlijst; omdat ingrediënten die voor meer dan 2% van het product aanwezig zijn, in volgorde van kwantiteit op de ingrediëntenlijst moeten staan. Als de andere granen laag op de lijst staan, kan je concluderen dat ze er amper in zitten.

Bron: Foodwatch

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Aanmelden GLI